Hygiëne, ziekte en geneesmiddelen

 Ziek zijn hoort bij opgroeien. Hoe ga je in de opvang om met koorts en medicatie? Wat kun je doen om verdere besmetting via goede hygiëne te voorkomen? En wanneer is een kind te ziek om naar de opvang te komen?

In de kinderopvang is de kans op infecties groter dan thuis. Er zijn meer kinderen en volwassenen, luiers worden verschoond, potjes gebruikt, en maaltijden staan soms langer klaar. Besmet voedsel is vaak niet te herkennen aan geur, smaak of uiterlijk.

Goede hygiëne is daarom cruciaal om besmettingen te voorkomen.

Kinderen hebben nog minder weerstand en worden vaker ziek. In de opvang komen ze meer met ziektekiemen in aanraking dan thuis.

Een ziek kind heeft nood aan rust en hoort niet in de opvang.

• Wanneer kan je een ziek kind weigeren en welke symptomen zijn eerder onschuldig?
• Wat doe je als een kind ziek wordt tijdens de opvanguren?
• Welke ziektes moet je melden aan departement Zorg?

Koorts begint bij een lichaamstemperatuur van 38°C of hoger en is vaak een teken dat een kind ziek is. Let goed op hoe het kind zich gedraagt, hoe het eruitziet, en of er andere symptomen zijn.

Siroop, zetpillen, druppels, zalf, aerosol, pufjes, pillen—het zijn allemaal geneesmiddelen. Omdat de opvang geen medische omgeving is, worden deze middelen zoveel mogelijk vermeden. Als ouders toch vragen om een medicijn toe te dienen, volg dan onze adviezen om dit zo veilig mogelijk te doen.

Een medisch attest is een attest van een arts met de aandachtspunten voor een medische problematiek van een kind, bijvoorbeeld bij een allergie of chronische ziekte.

Wie kan een medisch attest vragen?

• Ouders en arts kunnen samen beslissen om aan de opvang een medisch attest te geven als de informatie belangrijk is voor de gezondheid van het kind.
• De opvang kan bij een medische problematiek aan de ouders vragen om een attest van de behandelende arts te bezorgen. Zo kent de opvang de specifieke noden van het kind.

Attesten zonder medische reden zijn niet zinvol. Ze kunnen niet gebruikt worden om afwijkingen op de werking van de opvang te vragen. Voorbeelden:

• Het kind mag altijd een koortswerend middel krijgen vanaf een bepaalde lichaamstemperatuur.
• Als er geen medische reden is:
  • Het kind mag op de buik worden gelegd.
  • Het kind lust een bepaald voedingsmiddel niet.
  • Het kind heeft andere luiers nodig. 

Ook deze attesten zijn niet nodig:

• Een attest dat het kind gezond is of voldoende hersteld. Het volstaat dat de opvang de adviezen voor zieke kinderen en hygiëne toepast.
• Een attest voor het toedienen van medicatie. Is er geen etiket op de verpakking van een geneesmiddel, dan vragen de ouders dit aan de apotheker.

Soms gebruiken ouders een attest om een specifieke aanpak te eisen, ook als er geen medische reden is.  

• Door de dialoog met de ouders aan te gaan, kan je nagaan waarom zij dit zo belangrijk vinden.  
• Probeer samen met de ouders tot een aanvaardbare aanpak te komen waarin iedereen zich kan vinden. 
• Maak een risicoanalyse: waar zitten de risico’s en hoe zou je die kunnen aanpakken? 
• Beslis op basis van alle elementen of je ingaat op de vraag. De opvang kan een verzoek weigeren als het niet haalbaar is voor de werking of als dit niet veilig georganiseerd kan worden.  
• Informeer de ouder en motiveer je antwoord.  

Communicatie tussen kinderopvang en artsen 

• In plaats van een medisch attest kan de opvang ook met de behandelend arts bellen om een specifieke aanpak te bespreken, mits de ouders hiermee instemmen.
• Open communicatie tussen arts en opvang biedt kansen. Bij twijfel over een verzoek van ouders voor een medisch attest kan de arts contact opnemen met de opvang voor meer duidelijkheid over de situatie en hun werkwijze. Bijvoorbeeld wanneer ouders een doktersattest vragen om geen zonnecrème te gebruiken of andere luiers te gebruiken, terwijl er geen sprake is van een allergie.

1. Handen wassen
2. Eigen spulletjes gebruiken
3. Voortdurend ventileren en regelmatig verluchten
4. Vaccineren
5. Dagelijks schoonmaken
6. Ontsmetten wanneer nodig
7. Hygiëne toepassen bij hoesten en niezen
8. Braaksel en diarree reinigen
9. Opletten met bloed
10. Geen zieke kinderen in de opvang toelaten

In de brochure hieronder vind je meer info over deze 10 vuistregels.