Roodvonk

Roodvonk is een besmettelijke ziekte:

• veroorzaakt door de bacterie Streptococcus pyogenes die bij de groep A Streptokokken (GAS) hoort
• die je meer dan 1 keer kan krijgen
• die vooral voorkomt bij kinderen tussen 3 tot 6 jaar

GAS-infecties behoren tot de meest voorkomende infecties bij de mens, met name bij kinderen. Ze zijn over het algemeen van korte duur en mild van aard, maar soms verloopt de infectie heel ernstig. We spreken dan van een invasieve groep A streptokokken infectie (IGAS).

• De eerste ziekteverschijnselen treden 2 tot 7 dagen na infectie op. Volgende klachten komen vaak voor: minder eetlust, felle keelpijn, koorts, misselijkheid en braken.
• Op de tweede dag komt er een rode, puntvormige huiduitslag die ruw aanvoelt, zoals schuurpapier. De uitslag begint meestal op de borst en zie je vooral in de oksels en liezen. De huid kan ook ruw aanvoelen zonder de typische rode puntvormige huiduitslag.
• Na een drietal dagen kan het kind een rode dikke tong krijgen die lijkt op een framboos.
• Tenslotte vervelt de huid aan handen en voeten 2 tot 3 weken na de huiduitslag.  
• Roodvonk is meestal niet gevaarlijk, maar af en toe kunnen er wel ernstige verwikkelingen optreden. Verwikkelingen zijn: bloedvergiftiging, longontsteking, hersenvliesontsteking, nierfunctiestoornissen, acuut reuma. Gelukkig zijn deze verwikkelingen erg zeldzaam.
• Herstel van de ziekte treedt op na 7 tot 10 dagen.

• De besmetting gebeurt vooral via druppeltjes in de lucht bij hoesten, niezen en de neus snuiten.
• De besmetting kan ook via de handen als deze in contact kwamen met besmet materiaal.
• De zieke is besmettelijk vanaf het begin van de eerste klachten, dus nog voor de typische huiduitslag en tot na het vervellen van de huid.

Bij 4 of meer gevallen van roodvonk in 1 maand tijd in de kinderopvang:

• Departement Zorg vraagt aan de kinderopvang om hen te contacteren.
• Departement Zorg coördineert de maatregelen om de verspreiding van de ziekte te voorkomen.

Extra voor de kinderopvang

• Breng Departement Zorg op de hoogte bij 4 of meer gevallen van roodvonk in 1 maand tijd in je kinderopvang.
• Informeer je klantenbeheerder bij Opgroeien bij melding aan Departement Zorg.

• Zorg voor een goede hygiëne.
• Geef je kind voldoende rust: in bed blijven hoeft niet, eens naar buiten gaan mag. Speel in op wat je kind aangeeft.  
• Heeft je kind koorts, volg de flowchart.
• Neem contact met je arts als je ongerust bent of als de klachten niet verbeteren.  
• Breng je kinderopvang op de hoogte zodat ze:
  • de andere ouders kunnen informeren dat de ziekte circuleert in de opvang.
  • het Departement Zorg kunnen inschakelen.

• Volg de 10 vuistregels om ziektes in de kinderopvang te voorkomen.
  • Heb extra aandacht voor hygiëne bij hoesten en niezen.
• Informeer de ouders bij een eerste geval van roodvonk in de opvang (het is niet nodig dit bij het tweede en derde geval in 1 maand te herhalen) aan de hand van de modelbrief.

• Een kind dat ziek is, voelt zich ellendig en wordt best verzorgd in een rustige en vertrouwde omgeving.
• Bij minder dan 4 gevallen van roodvonk in 1 maand tijd in de opvang kan het kind (terug) naar de opvang komen als het niet te ziek is voor de opvang.
• Bij 4 of meer gevallen van roodvonk in 1 maand tijd in de kinderopvang.  De ouders en de opvang volgen het advies van Departement Zorg nauwgezet op.

• Als Departement Zorg niet betrokken is  mag het kind naar het consultatiebureau komen als het niet te ziek is.  
• Als Departement Zorg betrokken is, volgen de ouders en de opvang het advies van Departement Zorg nauwgezet op.