De opvang moet voldoen aan wettelijke vergunningsvoorwaarden en voor een veilige en kwaliteitsvolle kinderopvang zorgen. Je merkt vooral aan jouw contacten en je kind of de opvang kwaliteitsvol is. De communicatie verloopt vlot. Je kind voelt er zich thuis en gaat er helemaal op in zijn spel.
Ga snel naar
Wettelijke vergunningsvoorwaarden
Wie opvang voor baby's en peuters organiseert heeft een vergunning nodig. De opvang moet daarvoor aan wettelijke voorwaarden voldoen. Deze vergunningsvoorwaarden gaan over veiligheid, gezondheid, gebouw en inrichting, aantal kinderen, omgang met kinderen en ouders, medewerkers en klachtenbehandeling. Ze zijn zijn vastgelegd in het Vergunningsbesluit van de Vlaamse Regering en in het decreet Kinderopvang.
Opgroeien gaat na of de opvang aan de vergunningsvoorwaarden voldoet. Opgroeien is het agentschap waar Kind en Gezin toe behoort.
Wanneer de opvang niet in orde is, kan Opgroeien handhaven, zoals de vergunning schorsen of opheffen.
Naar minder kinderen per begeleider
In de vergunningsvoorwaarden is het aantal kinderen opgenomen dat een kinderbegeleider tegelijkertijd mag opvangen: de kindratio. De Vlaamse regering verlaagt de kindratio. Zo kan de kinderbegeleider meer aandacht geven aan elk kind en het ondersteunen in zijn ontwikkeling.
De opvang krijgt tijd tot 2027 om de nieuwe kindratio in te voeren, maar kan deze nieuwe ratio al eerder toepassen:
- In de groepsopvang
- 1 begeleider per 5 baby’s
- 1 begeleider per 8 oudere kinderen
- 1 begeleider per 7 kinderen in gemengde leeftijdsgroepen
- In de gezinsopvang: 1 begeleider per 7 kinderen
Is de lage ratio een reden om de prijs te verhogen of om minder kinderen op te vangen?
Neen. De gesubsidieerde kinderopvang krijgt van Opgroeien extra subsidies om de bijkomende personeelskost te dragen.
De opvang zorgt voor kwaliteit
De organisatoren die kinderopvang aanbieden zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit.
Een vergunning garandeert niet dat de kwaliteit op elk moment op orde is. Opgroeien is niet aanwezig in de opvang, en inspecties zijn momentopnames waarbij een inspecteur als ‘derde persoon’ langskomt.
Je kind is een goede graadmeter voor de kwaliteit van de opvang, en ook jij kunt signalen oppikken tijdens dagelijkse contacten. Aarzel niet om in gesprek te gaan wanneer je je zorgen maakt.
Je kind als barometer
Je kind laat duidelijk zien hoe het zich voelt in de opvang.
Je kind voelt zich goed in de opvang als hij:
- zich op zijn gemak voelt bij de begeleider en plezier beleeft aan de contacten
- spontaan beroep op zijn vertrouwenspersoon, dingen toont, lacht, vertelt,...
- enthousiast reageert op wat de kinderbegeleider aan spel aanbiedt
- op ontdekking gaat in de opvang
- de nabijheid zoekt van de opvangpersoon op moeilijkere momenten.
Je kind is betrokken en geboeid bezig:
- Hij gaat helemaal op in zijn spel of activiteit, bv. handjes kijken, zelf een bordje leeg lepelen.
Is je kind al wat ouder?
- Laat je kind vertellen over de opvang
Gedraagt een kind zich onrustig of is het minder actief dan thuis, dan kan dit een signaal zijn dat het niet gelukkig is in de opvang.
Hoe merk je of je kind zich goed voelt?
Hoe merk je dat je kind betrokken is?
Kind en Gezin: Betrokkenheid van kinderen
Je contacten met de opvang
De dagelijkse contacten met je opvang vertellen je ook veel over de kwaliteit van de opvang.
Maak er een gewoonte van om regelmatig even te praten met de kinderbegeleider of verantwoordelijke. Zo kunnen zorgen, groot of klein, snel gedeeld en aangepakt worden.
- Is de verantwoordelijke vlot bereikbaar?
- Hoe verlopen de babbels met de kinderbegeleider? Maken ze er tijd voor?
- Is het een open gesprek, over wel en wee? Of heb je het gevoel dat men zaken verbergt?
- Hoe praten zij over je kindje, over hoe het zich voelt en zich gedraagt? En herken je je kind daarin?
- Luisteren ze naar jou, houden ze rekening met jou, binnen hun mogelijkheden?
- Kan je een kijkje nemen in de opvang of moet je altijd aan de deur wachten?
- Zijn er veel financiële discussies?
Tips om er samen een succes van te maken
- Ga samen met je kind wennen in de opvang. De overgang van thuis naar opvang zal vlotter verlopen.
- Geef belangrijke informatie over je kind: slaap- en eetgewoonten, allergieën, medicatie, ...
- Leg je baby vanaf het begin thuis op zijn rug om te slapen. De opvang doet dit ook zodat je kind er veilig kan slapen.
- Bezorg de telefoonnummers van jezelf, je partner en een reservepersoon voor noodgevallen.
- Maak op voorhand duidelijke schriftelijke afspraken. De opvang moet een schriftelijke overeenkomst met je sluiten en jou het reglement bezorgen.
- Kijk je facturen na.
- Respecteer de afgesproken opvangdagen en –uren. Verwittig op tijd wanneer dat niet kan of wijzig samen de afgesproken dagen en uren. Haal je kind tijdig op. Heb je vertraging of komt er iemand anders, geef dat duidelijk door.
- Maak tijd voor een praatje bij het brengen of halen: hoe de dag verlopen is in de opvang, hoe het thuis gaat. Wanneer je kind vb. thuis slecht geslapen heeft, kan de opvang er rekening mee houden.
- Start tegelijkertijd met de opvang met vaste voeding of zindelijkheidstraining.
Communicatie, begrip en vertrouwen
Een goede communicatie met de opvang is het allerbelangrijkste. Neem de tijd om samen met de opvang alles goed te bespreken en laat je kindje wennen. In dit artikel uit het Kind en Gezin magazine 'Eerste kind op komst' lees je hoe zoiets het beste aanpakt.
Hoe verloopt een goede communicatie