Wanneer, waarom en hoe laat je je kind boeren?
- Zolang je kind rustig drinkt, hoef je de borstvoeding niet te onderbreken om te laten boeren.
- Hapt je kind groot aan, dan is het mondje gevuld met borstweefsel en is er weinig kans op lucht happen. Bij correct aanhappen zal je baby dus minder moeten boeren.
- Drinkt je kind gulzig of maakt het veel geluidjes onder het drinken, dan is de kans dat je kind moet boeren groter. Het gulzig of luidruchtig drinken kan te maken hebben met een te sterke melkstroom. Borstvoeding geven in een houding, waarbij je kind bovenop de mama ligt, kan de melkstroom vertragen. Ook door vaker aan te leggen, zijn de borsten mogelijk minder gespannen en kan de baby rustiger drinken.
- Je kind boert makkelijker als het tegen je aanleunt met het hoofdje en de armpjes boven je schouder. Ook wisselen van houding kan wel eens helpen.
- Neem altijd voldoende tijd voor een boertje. Als je kind 20 tot 30 minuten rechtop gehouden wordt na de voeding en zo voldoende kans heeft om te boeren, is er mogelijk minder last van oprispingen.
- Huilt je kind een tijdje na de voeding nog of blijft het onrustig, probeer dan opnieuw om te laten boeren.
- Hikken heeft hetzelfde effect als boeren. Als je kind na de voeding hikt, hou je het nog een tijdje rechtop, maar het is mogelijk dat er geen boertje meer komt.