Taal en communicatie bij vroeggeboorte

De lichaamstaal en communicatie van een te vroeg geboren kind kan soms anders zijn dan van een kind dat voldragen wordt geboren.

Ga snel naar

    Taal en communicatie

    Te vroeg geboren kinderen maken soms minder geluidjes, huilen zachter, zoeken minder oogcontact, lachen later of minder, zijn minder gericht op samenspel … 

    De lichaamstaal en reacties bij ongemak of overprikkeling veranderen naarmate je kind groter en sterker wordt. Je krijgt steeds duidelijkere signalen van hoe je kind zich voelt: je kind gaat harder huilen, maakt duidelijkere geluidjes, zoekt meer oogcontact ... 

    Lichaamstaal

    Net als alle kinderen kunnen te vroeg geboren kinderen geen woorden gebruiken om ons te vertellen wanneer ze zich ongemakkelijk of moe voelen. In het begin kunnen te vroeg geboren kinderen vaak niet krachtig huilen, maar ze hebben vaak andere manieren om te laten zien hoe ze zich voelen. Vooral bij kinderen die weinig signalen uitsturen en dus weinig reactie uitlokken, is het van groot belang voor hun verdere ontwikkeling dat hun kleine, weinig zichtbare lichaamstaal opgemerkt wordt. Ook voor hun hersenen, die na de geboorte volop ontwikkelen in interactie met de omgeving, is dat van belang. 

    In de eerste maanden thuis zal je merken dat je kind zich soms ’uitschakelt’ en contact vermijdt. Je kind wordt iets humeuriger, draait zich weg van gezichten en gaat slapen in plaats van met je te willen spelen. Dat zijn allemaal signalen dat je kind wil rusten. Zoals bij elk kind moet je ontdekken wanneer en hoe je je kind kan knuffelen, voeden, verzorgen, en wanneer en hoe je ermee kan spelen.