-
Het laten plaatsen van een tatoeage of permanente make-up wordt afgeraden wanneer je zwanger bent of borstvoeding geeft.
Er is bezorgdheid over ernstige allergische reacties die kunnen optreden door mogelijke aanwezigheid van zware metalen en toxische scheikundige stoffen in de inkt.
Daarnaast is er het risico op infecties door de mogelijke aanwezigheid van bacteriën in sommige kleurpigmenten in de inkt of door onvoldoende hygiëne maatregelen tijdens en na de behandeling. Infecties kunnen veel pijn veroorzaken, wat een invloed kan hebben op de melkproductie. Bovendien kan het kind dat borstvoeding krijgt, worden blootgesteld aan antibiotica en pijnstillers die noodzakelijk zijn bij de behandeling.
Wil je liever niet uitstellen? Kijk dan zeker uit naar een professionele studio met een vergunning en met oog voor hygiënische maatregelen en vermeld dat je borstvoeding geeft.
-
Ben je zwanger of geef je borstvoeding, dan wacht je beter om een tepelpiercing te laten plaatsen. De wonde moet voldoende tijd krijgen om goed te genezen en de tepelpiercing moet een tijd blijven zitten zodat het gaatje open blijft. Daarom wordt aangeraden om een tepelpiercing minstens een jaar voor een eventuele zwangerschap te laten plaatsen.
Heb je al een tepelpiercing die voldoende genezen is en wil je borstvoeding geven? Dat is zeker mogelijk, mits enkele aandachtspunten:
- Tijdens de borstvoeding wordt aangeraden om de piercing te verwijderen. Het aanleggen is moeilijker met een tepelpiercing en de piercing kan wondjes veroorzaken in de mond van de baby of zelfs loskomen.
- Je kan ervoor kiezen om de tepelpiercing al voor de zwangerschap uit te doen. Tijdens de zwangerschap veranderen je borsten en tepels en worden ze meestal groter, waardoor de maat van de tepelpiercing telkens moet aangepast worden. Er is wel een risico dat het gaatje dichtgroeit en dat het opnieuw zal moeten doorgestoken worden.
- Je kan er ook voor kiezen om de piercing voor een borstvoeding te verwijderen en na de borstvoeding weer terug te plaatsen zodat het gaatje open blijft. Dan moet je de piercing goed proper houden, de maat regelmatig controleren en eventuaal laten aanpassen.
- Er zijn ook enkele gevolgen voor de borstvoeding zelf. Bij het doorboren van de tepel kunnen melkkanaaltjes gekwetst zijn. Er ontstaat dan littekenweefsel waardoor een melkkanaal misvormt of zelfs dichtgroeit. Dat kan na de geboorte meer last van stuwing en een hoger risico op een borstontsteking geven. In principe zullen melkkliertjes die verbonden zijn met een melkkanaal dat dichtgegroeid is, stoppen met melk produceren. De meeste vrouwen hebben voldoende klierweefsel over om borstvoeding te geven, maar sommige vrouwen zullen een lage melkproductie hebben en sneller bijvoeding moeten geven.
-
Tussen de leeftijd van zes en twaalf weken is een ideale periode om je kind te leren drinken uit een fles. Op dat moment gebruikt je kind nog de aangeboren reflex waardoor ook zuigen aan een fles vrij gemakkelijk zal gaan.
Wanneer je hiermee effectief begint, is afhankelijk van je situatie:
- Hervat je je werk of studie wanneer je baby tussen de twee en drie maanden oud is? Begin dan zodra de borstvoeding goed verloopt, ongeveer zes weken na de geboorte.
- Blijf je langer thuis na de geboorte en heb je niet meteen opvang nodig? Dan kun je het introduceren van de fles nog enkele weken uitstellen.
- Heb je in het eerste levensjaar geen opvang nodig? In dat geval is het niet noodzakelijk om je kind te leren drinken uit een fles. Je kind kan vanaf zes maanden ook leren drinken uit een beker.
Bekijk hoe je afgekolfde melk kan geven en krijg tips over hoe je bij flesvoeding kan vermijden dat je kind de borst gaat weigeren. Lees ook de tips bij de veelgestelde vraag 'Mijn baby weigert te drinken van een flesje, wat kan ik doen?'
-
Vocht is onmisbaar voor het lichaam. Dit geldt ook voor kinderen.
Maar: de eerste 6 maanden heeft de baby alleen melkvoeding (borst- of kunstvoeding) nodig. Extra drank vermindert de eetlust waardoor je baby geen melkvoeding zal drinken.
Bij borstvoeding zorgt extra drank voor een verstoring van de melkproductie.Na de leeftijd van 6 maanden drinkt je baby per dag nog minstens een halve liter melkvoeding of borstvoeding op vraag. Naast de vaste voeding die vocht bevat, heeft je baby ook nood aan extra drinken, zeker bij warm weer. Vaker aanleggen kan bij borstvoeding tegemoet komen aan die extra behoefte. Een beetje water geven kan ook.
Kies bij voorkeur plat, mineraalarm water.
-
Er bestaat een grote solidariteit tussen moeders die borstvoeding geven. Als een moeder te weinig moedermelk produceert, is moedermelk van een andere moeder (donormoedermelk) wetenschappelijk gezien te verkiezen boven kunstvoeding. Toch raadt de Hoge Gezondheidsraad en de FOD Volksgezondheid af om onderling moedermelk uit te wisselen (Advies moedermelk voor prematuren). Het gebrek aan controle op donormoedermelk houdt een risico in voor de gezondheid van de jonge kinderen. Er is geen garantie dat de melk volgens de regels werd afgekolfd, bewaard en vervoerd. Bovendien kan donormoedermelk resten van geneesmiddelen of ander middelengebruik bevatten.
Er bestaan officiële moedermelkbanken in België die verbonden zijn aan een ziekenhuis. Deze moedermelkbanken verzamelen melk voor te vroeg geboren baby’s en garanderen de veiligheid van de melk door controle van de kwaliteit en eventuele behandeling van deze donormoedermelk. Deze melk wordt enkel gebruikt voor kinderen die gehospitaliseerd zijn en kan niet officieel aangekocht worden door particulieren.
Om moedermelk te doneren, vragen moedermelkbanken dat je aan bepaalde voorwaarden voldoet. Bovendien zal de moedermelkbank vragen om een bloedcontrole te laten uitvoeren en leggen ze strikte voorwaarden op betreffende het afkolven, bewaren en vervoeren van de donormoedermelk. Sommige moedermelkbanken, zoals die van Leuven, aanvaarden enkel donormoedermelk van moeders die zelf, of de baby, opgenomen was in het verbonden ziekenhuis.
-
De meeste moeders kiezen ervoor hun pasgeboren baby de eerste tijd uitsluitend borstvoeding te geven. Maar wat als de melkproductie niet op gang komt? Of het afkolven niet altijd mogelijk is.
-
Algemeen genomen, wordt een tepelhoedje afgeraden. Pijnlijke tepels worden meestal veroorzaakt door fout aanliggen of aanhappen en dan is het verbeteren van de aanlegpositie de meest aangewezen oplossing. Bovendien kunnen volgende problemen zich voordoen bij gebruik van een tepelhoedje:
- verminderde melkinname door je baby
- verminderde melkproductie
- meer kans op borstontsteking
- in stand houden van pijnlijke tepels wanneer er onvoldoende borstweefsel in de mond genomen wordt
- bijkomende beschadiging van de tepel indien de maat van het tepelhoedje niet aangepast is aan de vorm van de tepel
- gewenning waardoor baby niet meer rechtstreeks aan de borst wil
In sommige gevallen van ernstige tepelproblemen kan een tepelhoedje wel een tijdelijke oplossing bieden op voorwaarde dat mama en baby deskundig begeleid worden zodat verantwoord en correct gebruik verzekerd is.
Hoe gebruik je correct een tepelhoedje
- Kies voor een dun tepelhoedje in silicone in de juiste maat
- Draai de basis van het tepelhoedje binnenstebuiten alvorens het aan te brengen
- Bevochtig eventueel de randen zodat het beter op zijn plaats blijft
- Laat je baby diep aanhappen zodat het mondje zich niet sluit op het speentje en hij niet enkel op het tepelhoedje zuigt
- Controleer je borsten op harde plekken (verstopte melkkanalen)
- Controleer het gewicht van je baby om de 3 dagen tot de melktoevoer stabiel is
- Laat je begeleiden als je baby weer rechtstreeks aan de borst kan
Onderhoud tepelhoedje
- Steriliseer het tepelhoedje voor het eerste gebruik.
- Na gebruik grondig reinigen met water en zeep, afspoelen en droog bewaren
- Soms kan steriliseren voor het volgende gebruik wenselijk zijn
-
Borstvoeding heeft geven geen nadelig effect op de vorm van de borsten. Factoren die wel een invloed hebben op het doorhangen van de borsten zijn: overgewicht, roken, de leeftijd, een grote maat van de borsten vóór de zwangerschap en het aantal zwangerschappen. Terwijl elke volgende zwangerschap de borsten meer kan doen doorhangen, blijkt borstvoeding dit effect niet te verergeren.
-
Je baby is drinkt voldoende wanneer:
-
Gemiddeld 6 tot 8 x per dag (de eerste weken 8 tot 12 x) drinkt
-
Ritmisch zuigt en luid slikt tijdens de voeding
-
Minstens 6 plasluiers per dag heeft en zijn urine kleurloos tot lichtgeel is
-
In de eerste weken regelmatig stoelgangluiers heeft (3 à 4x per dag)
-
Je baby voldoende bijkomt in gewicht
-
Je baby er levendig, tevreden en gelukkig uitziet
-
-
Ja. De zonnebank beïnvloedt noch de productie noch de samenstelling van moedermelk.
- Je tepels verbranden makkelijk. Wees dus voorzichtig.
- Neem je kind nooit mee onder de zonnebank.
-
Een geleidelijke gewichtsafname door een verminderde calorie-inname heeft geen nadelig effect op de hoeveelheid of kwaliteit van de moedermelk. Drastisch op dieet gaan tijdens de borstvoedingsperiode is echter af te raden:
- als je te snel vermagert, zullen afvalstoffen die opgeslagen zijn in de vetreserves (vb.dioxines), vrijkomen en in de moedermelk terecht komen.
- een sterk verminderde calorie-inname kan de baby onrustig maken en onvoldoende gewichtstoename veroorzaken.
-
Weet dat je tijdens de borstvoeding niet moet vasten. Neem een beslissing die voor jou goed aanvoelt. Sta achter je keuze en luister naar je lichaam. Voel je niet schuldig als het niet zou lukken. Je mag stoppen met vasten. Je mag ook het vasten een dag of een paar dagen onderbreken. Tijdens het vasten kan de melkproductie verminderen door de vermoeidheid en het minder frequent aanleggen.
Tips voor de vastende borstvoedende mama
-
Probeer overdag te rusten, zo spaar je energie.
-
Neem ’s nachts verschillende kleinere gezonde maaltijden verspreid over de nacht.
-
Eet gezond: gebruik voldoende vers fruit en verse groenten. Beperk vette bereidingen en suikers.
-
Drink gezond: liefst water, groentesap of een glas vers fruitsap.
-
Gebruik eventueel dagelijks een vitaminesupplement.
-
Drink en eet zeker nog iets voor zonsopgang.
-
Bij lagere melkproductie kan je ’s nachts kolven om overdag bij te voeden, als dit nodig is. Lees meer over manueel kolven en gebruik van kolfapparaten of vraag raad aan je verpleegkundige.
-
Je kan voor de ramadan ook afkolven om wat reserves in de diepvriezer te hebben.
-
Observeer je urine (hoeveelheid en kleur). Drink meer ’s nachts als de hoeveelheid urine in de dag dag en/of nacht sterk vermindert en donkerder kleurt.
Tips voor de baby
- Observeer je baby en geef vaker borstvoeding. Let hierbij op de vroege hongersignalen. Je baby kan ook vaker nachtvoeding vragen.
- Baby’s ouder dan 6 maanden kunnen overdag vaste voeding eten.
- Volg het gewicht goed op.
- Observeer zijn urine en stoelgang:
- Hoeveelheid plasluiers
- Kleur van de urine (moet helder blijven)
- Bij twijfel neem contact op met de Kind en Gezin-lijn.
-
-
Ja dat mag, als je geen specifieke allergieën of hoofdhuidklachten hebt.
-
Om aan een flesje te leren drinken moet een baby voldoende kunnen oefenen. Dwingen heeft een averechts effect en vermijd je beter. Blijf zelf rustig en biedt dagelijks een fles aan. Enkele tips die kunnen helpen:
- Verwacht niet onmiddellijk succes, het is heel normaal dat je baby moet wennen aan de nieuwe ervaring.
- Gebruik de eerste keren vers afgekolfde melk, zodat er geen smaakverschil is.
- Bied het flesje aan als je baby voldoende hongerig is.
- Plaats je baby in een wipstoeltje zodat je beide handen vrij hebt en je je baby kan aankijken.
- Duw de speen niet in het mondje, maar laat je baby zelf aanhappen door de bovenlip aan te raken met de speen. Net als bij borstvoeding moet de speen voldoende diep in het mondje gebracht worden. Eventueel kan je een beetje moedermelk op de speen druppelen.
- Houd de fles bij de ring vast en zorg ervoor dat de speen midden in het mondje blijft, licht naar het verhemelte gericht.
- Oefen enkele minuten, onderbreek kort en oefen daarna opnieuw enkele minuten. Blijft je baby weigeren, geef dan na een korte onderbreking de borst.
- Je kan eens een andere speen uitproberen: een andere vorm, ander materiaal … Lijkt het met een bepaalde speen iets beter te lukken, blijf dan oefenen met die speen. Te vaak wisselen van speen kan verwarrend zijn voor je baby.
- Huilt je baby, stop dan even om te troosten. Leid je baby af en help de emoties te kalmeren door afleiding, rondwandelen, wiegen, zacht zingen of met je baby praten.
- Raakt je baby telkens overstuur omdat het de moedermelk ruikt, laat dan iemand anders, die rustig en ontspannen is, de fles geven. Krijgt je baby net meer stress als mama niet in de buurt is, dan probeer je dit beter niet.
- Lukt het je baby om 20 ml moedermelk uit de fles te drinken? Fantastisch! Nu moet je baby voldoende kunnen oefenen: geef minstens 3 voedingen na elkaar een fles met afgekolfde melk. Daarna kan je nog enkele dagen borstvoeding en flesvoeding afwisselen. Blijft flesvoeding goed lukken, ga dan verder met 1 fles per dag zodat je baby het niet opnieuw verleert.
- Afhankelijk van de leeftijd van je baby kan je andere manieren van voeden overwegen: ingedikt papje, cupje, bekertje…
-
Ja, er wordt aanbevolen alle kinderen dagelijks 400 IE (internationale eenheden) extra vitamine D onder de vorm van een supplement te geven, vanaf de geboorte tot de leeftijd van 6 jaar. Dit doe je het hele jaar door, onafhankelijk van de melkvoeding en de vitamine D-suppletie van de borstvoedende moeder. Bij kinderen met een donker huidtype geef je best 600 IE per dag en overweeg je best om vitamine D supplement te geven tot je kind 18 jaar is. Bespreek dit met je behandelend arts.
-
Een baby die steeds in slaap valt aan de borst, is erg lastig voor de mama.
In de eerste weken zou je baby minstens 8 tot 12 voedingen per 24 uur moeten hebben om een goede melkproductie op gang te brengen. Tijdens de borstvoeding zou je baby minstens 10 à 20 minuten actief moeten drinken. Meestal hoort je als mama de baby ook ook slikken.
Als je baby minder frequent borstvoeding vraagt of tijdens de borstvoeding te passief is, zal je baby minder melk binnen krijgen dan hij of zij nodig heeft. Je baby zal dan minder plassen en stoelgang maken en zijn of haar groei zal vertragen. Een ander gevolg is dat de melkproductie onvoldoende gestimuleerd wordt of dat de borst onvoldoende leeggedronken wordt, wat op een verstopt melkkanaaltje of een borstontsteking kan veroorzaken.
Het is dus zowel voor de baby als voor de mama belangrijk dat de slaperige baby goed gewekt wordt voor een voeding.
Mogelijke oorzaken
- een langdurige bevalling of bepaalde medicijnen die de mama tijdens de bevalling gekregen heeft
- lichamelijke problemen bij je baby zoals geelzucht of een infectie
Tips
- Als je baby moeilijk te wekken is of als je denkt dat hij of zij te weinig voeding krijgt, raadpleeg dan je verpleegkundige, vroedvrouw of lactatiekundige. Mogelijk is ook een controle door een arts nodig om uit te sluiten dat er een medisch probleem aan de oorzaak van de slaperigheid ligt.
- Extra aandacht is nodig bij een baby met geelzucht. Een baby met een hoge bilirubineconcentratie in het bloed is vaak suf. Hij of zij lijkt tevreden, maar is te slaperig om voldoende te eten. Herken je dit, neem dan zo snel mogelijk contact op met je arts.
Voor de borstvoeding
- Houd je baby rechtop en praat tegen hem of haar.
- De handjes en de voetjes masseren en over zijn of haar rug wrijven maakt je baby alert.
- Door kleedjes uit te doen en de luier te wisselen, wek je je baby.
- Je kan zijn of haar voorhoofd en gezichtje met een koele vochtige doek deppen.
- Masseer enkele druppels moedermelk uit je tepels.
Tijdens de borstvoeding
- Een voldoende alerte baby zal zijn of haar mondje ver open doen tijdens het aanhappen.
- Maak huidcontact bij het aanleggen.
- Probeer een zittende houding aan (bv. rugbyhouding)
- Wissel vaker van borst tijdens 1 borstvoeding.
- Borstcompressie zorgt ervoor dat de melk sneller zal stromen waardoor je baby minder snel terug in slaap zal vallen. Omvat daarom, op het moment dat je baby zuigt, je borst stevig en zo dicht mogelijk bij de ribbenkast. Je mag gerust wat druk uitoefenen, zolang het maar geen pijn doet. Wanneer je baby stopt met zuigen, laat je de druk weg. Je kan je hand nu eventueel een beetje verplaatsen en zodra je baby weer zuigt, de druk verhogen op een andere plaats, maar steeds dichtbij de borstkas en dus achter de gevulde melkklieren.
-
Ook wanneer je zwanger bent kan je verder borstvoeding geven, als je dat wenst.
Hormonale veranderingen tijdens de zwangerschap kunnen invloed hebben op de borstvoeding:
- Meer gevoeligheid in tepels of borsten.
- Verminderde melkproductie, vooral in het begin van de zwangerschap.
- De melk smaakt zouter.
Je kan soms samentrekkingen van de baarmoeder voelen tijdens het voeden. Op voorwaarde dat er geen risico op vroeggeboorte is, kan dit meestal geen kwaaad. Vraag advies aan je arts als je twijfelt.
Als je zwanger bent en borstvoeding geeft, vraagt dit heel wat van je lichaam. Voldoende rust en een gezonde levenswijze zijn dan extra belangrijk. Met extra hulp uit je omgeving kan je misschien wat vaker ontspannen.
-
Ja. Je lichaam is in staat om melk te produceren voor zowel het oudere kind als de baby. De samenstelling van de melk verandert en past zich aan aan de behoeften van de pasgeboren baby. De melk behoudt voldoende kwaliteit voor je oudere kind.
Je kan beide kinderen tegelijk aanleggen of apart, naar gelang je persoonlijke voorkeur. Het is best om niet één borst per kind te reserveren, maar om telkens van borst te wisselen. Zo stimuleer je de ontwikkeling optimaal.
Ben je bezorgd over voldoende melkproductie? Geef dan eerst je baby borstvoeding, en dan pas het oudere kind. Je baby is immers volledig afhankelijk van moedermelk, terwijl je oudere kind ook al andere voeding krijgt.
Borstvoeding
Veelgestelde vragen en antwoorden over borstvoeding.