Tussendoortjes

Voor kinderen jonger dan 9 maanden is een kinderkoek alleen geschikt wanneer het geprakt wordt met vloeistof zoals in een fruitpap of met melkvoeding in een papje, om verslikken te voorkomen. Vanaf 9 maanden kan je een droog kinderkoekje geven, maar eigenlijk heeft een kind hier nog geen behoefte aan. Er bestaan bovendien gezonde alternatieven, zoals een rijstwafel of een broodkorstje. Varieer voldoende met andere gezonde tussendoortjes.

• Denk in het begin aan zacht wegsmeltende koekjes, eerste babykoekjes. 
• Kies voor gezonde snacks: fruit, stukjes rauwe groenten, groentesoep, een sneetje brood, een rijstwafel, ongezoete ontbijtgranen ... Geef niet regelmatig rijstwafels als snack, door de aanwezigheid van arseen in rijst.

Kinderen tussen 1 en 6 jaar groeien heel snel en zijn heel actief. Geef gezonde, aantrekkelijke maaltijden en tussendoortjes. Spreid de maaltijden over 3 hoofdmaaltijden en max. 2 tussendoortjes.

Vermijd dat je kind de hele dag door eet en drinkt, want:

• Hoe meer eetmomenten, hoe groter de kans op tandbederf
• Leeft een kind op tussendoortjes, dan raakt zijn voedingsevenwicht uit balans
• Eet je kind energierijke tussendoortjes, dan heeft het geen honger meer bij de volgende hoofdmaaltijd waardoor er geen aanbreng is van noodzakelijke voedingsstoffen
• Een kind kan elke gemoedstoestand beginnen te koppelen aan een bepaalde smaak, bv. troosten met zoet, tv-kijken met chips ...

Nootjes zijn aantrekkelijke tussendoortjes, maar de kauwfunctie van jonge kinderen is onvoldoende ontwikkeld om nootjes fijn te maken. Hierdoor kunnen zij zich gemakkelijk verslikken. Het verslikken in een pindanoot is een belangrijke oorzaak van spoedgevallen. Het risico op verslikken beperkt zich niet tot de pindanoten, maar geldt algemeen voor hele noten in alle soorten. Bij verslikking komt voedsel in de luchtpijp terecht door het niet volledig afsluiten van het strottenklepje om verschillende redenen zoals een erg beweeglijk kind, teveel afleiding tijdens het eten, teveel achterover leunen tijdens het eten of spelen tijdens het eten.

Het is niet evident een vaste leeftijd te geven vanaf wanneer noten veilig kunnen gegeten worden. Het houdt immers zelfs bij volwassenen risico’s in. Kind en Gezin houdt er zeker aan om tot de leeftijd van 4 jaar hele noten te vermijden. Vroeger noten geven kan je beschouwen als een onaanvaardbaar risico. Het risico op verslikken is immers groter en het mogelijke gevolg ernstiger, dan de nutritionele meerwaarde die het heeft. Ook na 4 jaar blijft het aangewezen voorzichtig te zijn.

Er bestaat wel een veilig alternatief zoals notenpasta of -moes die je vanaf 6 maanden kan uitproberen. Kies liefst een pasta of -moes zonder toevoegingen van suiker en extra vet.

1. Vermijd hele noten bij jonge kinderen.
2. Zet noten buiten het bereik van jonge kinderen. Wees alert voor (resten van) nootjes die kinderen kunnen vinden op de grond, in zetels ... Hou steeds toezicht.
3. Laat kinderen niet al etend rondlopen of spelen.